IFO-subsidie internationalisering onderwijs

IPC-scholen komen in veel gevallen in aanmerking voor de IFO-subsidie. De regeling is in het leven geroepen om internationalisering op scholen te stimuleren. De aanvraagronde start jaarlijks op 1 november en het plafond is doorgaans snel bereikt.

 

Update: het subsidieplafond is bereikt. Nieuwe aanvragen kunnen op 1 november 2024 weer ingediend worden.

IFO-subsidie en IPC

Er zijn drie manieren waarop je met IPC subsidie aan kunt vragen.

  1. Aanschaf van (onderdelen van) het IPC-curriculum
  2. Het implementatietraject van IPC
  3. Onze professionaliseringstrajecten

 

Voorwaarden voor de IFO-subsidie

Op de website van de Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (DUS-i) vind je een aantal voorwaarden om voor de subsidie internationalisering in aanmerking te komen. Zo mag er voor de beoogde activiteiten geen subsidie verkregen zijn uit Erasmus+. Bovendien is er een limiet ingesteld van maximaal drie opeenvolgende jaren subsidie. DUS-i heeft ook een (niet verplicht) format voor je aanvraag.

Verankering van internationalisering in je beleid

Voor toekenning van de IFO-subsidie is het van belang dat je aantoont hoe je internationalisering verankert in je beleid. Om te beginnen formuleer je de schoolvisie op internationalisering (en leren). Je stelt bovendien duidelijk omschreven en haalbare doelen voor komend jaar. Een doel kan bijvoorbeeld zijn: op basis van het IPC-curriculum een leerlijn internationalisering implementeren.

 

Op de website van Nuffic.nl vind je een aantal tips voor bij je aanvraag. In de volgende alinea’s leggen we beknopt uit hoe de drie genoemde onderdelen van IPC bijdragen aan de verankering van internationalisering. Ter inspiratie kun je ook de brochure (.pdf) over IPC en wereldburgerschap bekijken.

 

Aanschaf van het curriculum (1) en het implementatietraject (2)

De afkorting IPC staat voor International Primary Curriculum. IPC is een internationaal curriculum waarmee wereldwijd in meer dan 90 landen geleerd wordt. IPC is ooit ontwikkeld als een curriculum voor internationale scholen, waar kinderen met diverse nationaliteiten en culturele achtergronden altijd al ruim vertegenwoordigd waren. Om die reden speelt de internationale component en het leren omgaan met elkaar al van meet af aan een grote rol bij IPC.

 

Scholen die in Nederland met IPC starten, gaan een implementatietraject in van 2 jaar. Zelfs een goed curriculum kun je verkeerd gebruiken of niet goed interpreteren. Daarom traint IPC scholen stap voor stap in het gebruik van het curriculum. Tijdens het implementatietraject komt internationalisering in de trainingen ruim aan bod. Internationalisering zit als leerlijn expliciet in het curriculum verweven. Het is bovendien een vak met eigen leerdoelen en leertaken. Kinderen ontwikkelen al lerende een nationaal, internationaal, globaal en intercultureel perspectief.

 

IPC werkt met thema’s en elk thema schenkt bij het vak ‘Internationaal’ aandacht aan de verschillende soorten leerdoelen, waardoor kinderen een toenemend besef ontwikkelen van zichzelf, de gemeenschap en de wereld om hen heen. Naast het verwerven van kennis over de wereld en het oefenen van belangrijke (sociale) vaardigheden speelt ook reflectie een belangrijke rol binnen het curriculum. Reflectie leidt tot waardevolle inzichten en helpt bij de bewustwording van verschillende perspectieven op de wereld. IPC stimuleert om het onderwijs zo in te richten dat er ruimte is voor reflectie, waardoor leerlingen tot nieuwe inzichten komen over het geleerde. Culturele diversiteit in de klas biedt legio mogelijkheden om verschillende perspectieven te belichten. Kinderen worden hierdoor enthousiast en nieuwsgierig. Tegelijkertijd voelen ze trots en waardering.

 

Vakverbindend en thematisch

Internationalisering beperkt zich niet alleen tot het vak en de leerdoelen. Het komt bij alle vakken en fasen van het leerproces aan bod. De thema’s waarmee IPC werkt, hebben vaak een internationaal tintje, hoewel het lokale en nationale perspectief even belangrijk zijn. Voorbeelden van thema’s waarbij de leerlingen volop over de landsgrenzen gaan zijn: ‘De wijde wereld’, ‘De actieve planeet’, ‘Het milieu’, ‘Red de wereld’, ‘Vakantie’ en ‘Zo zien zij de wereld’.

 

IPC besteedt op meerdere plekken in het leerproces en de leertaken aandacht aan belangrijke persoonlijke kwaliteiten. In het kader van internationalisering zijn vooral de kwaliteiten van belang die gaan over verdraagzaamheid en sociale omgang. IPC onderscheidt de volgende persoonlijke doelen op dit vlak: respectvol met elkaar omgaan, empathie ontwikkelen, ethisch handelen, maar ook communiceren en samenwerken. Deze doelen sluiten eveneens aan bij de burgerschapsbasiswaarden: vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit.

 

IPC helpt kinderen met het ontdekken van hun eigen nationale en culturele identiteit enerzijds. Anderzijds leren kinderen samenleven met andere nationale en culturele identiteiten. Vanuit dit perspectief komen ook grote mondiale kwesties aan bod als oorlog en vrede, duurzaamheid en armoedebestrijding. Leerlingen krijgen voortdurend een wisselend perspectief aangeboden en ontdekken zo zelf overeenkomsten en verschillen tussen culturen en landen.

 

 

Kerndoeldekkend

IPC is kerndoeldekkend en dat geldt ook voor de aan internationalisering gerelateerde kerndoelen. Deze zijn te vinden in het leergebied ‘Oriëntatie op jezelf en de wereld’.

 

Kerndoel 36 gaat over de Nederlandse en Europese staatsinrichting en de rol van de burger. Dit komt bijvoorbeeld in de volgende thema’s expliciet aan bod: ‘Nederland wordt Nederland’, ‘Voortrekkers van verandering’, ‘Wat als het jou overkomt’, ‘Zo spelen wij’ en ‘Samenleven’.

Kerndoelen 37 en 38 gaan over respectvol omgaan met elkaar en diversiteit. Ze komen bijvoorbeeld expliciet aan bod tijdens de thema’s: ‘Feesten’, ‘Opgroeien’, ‘Mythen en Legenden’, ‘Zij maakten het verschil’ en ‘Wat als het jou overkomt’.

Kerndoelen 34, 35 en 39 gaan (deels) over de zorg voor de leefomgeving en anderen. Deze kerndoelen komen prominent aan bod tijdens de thema’s ‘Onze wereld’, ‘Red de wereld’, ‘Samenleven’, ‘De prijs van vooruitgang’.

Kerndoelen 47, 49 en 50 komen voor in het domein ‘ruimte’ en vragen vaak om een vergelijking tussen een situatie lokaal/nationaal en situaties internationaal. Deze kerndoelen komen in bijna elk thema terug, van ‘We zijn wat we eten’ tot ‘De verhalen die mensen vertellen’.

 

 

(Internationale) vaardigheden beoordelen

IPC geeft handvatten om de formatieve beoordeling goed te organiseren. Het curriculum bevat daartoe rubrieken en leeradviezen. De vaardigheden zijn onderverdeeld in subgebieden waarin je beginnend, ontwikkelend of beheersend kunt zijn. Elke vaardigheid is ook onderdeel van een doorgaande leerlijn en er zijn zogenaamde ‘stretch’-niveaus voor de leerlingen die klaar zijn voor een extra uitdaging. Door de leeradviezen weet een leerling wat en hoe er geoefend moet worden om steeds een stapje beter te worden in een vaardigheid. Zowel de leerling als de leerkracht krijgen een goed beeld bij waar de leerling staat.

 

Als voorbeeld nemen we een vaardigheidsleerdoel voor groep 5 en 6: ‘Ik kan activiteiten en culturen herkennen die gelijkwaardig zijn aan mijn eigen cultuur, maar ook verschillen.’ Een leerling van het niveau beginnend zal in beperkte mate kunnen vertellen over internationale feesten als Chinees nieuwjaar of Divali. Een leerling met het niveau beheersend zal precies weten wat er te wachten staat als Chinees nieuwjaar in de klas gevierd wordt, van de drakendans met de fraaie kostuums tot de lantaarns ter afsluiting.

 

Om daar te komen heeft de leerling onderzocht hoe het Chinees nieuwjaar eruitziet en wat de achterliggende betekenis is. De leerkracht moedigt het reflecteren op en nadenken over het feest aan. Waarom zou je het willen vieren? Hoe zou een Nederlander hierop reageren? Hoe zou een Chinees reageren? Zou die persoon het leuk vinden? En wat zijn de verschillen en overeenkomsten met het Nederlandse nieuwjaar eigenlijk? De leerling wordt zich door middel van reflectie, rubrieken en leeradviezen bewuster van het groeiproces en weet steeds wat mogelijke vervolgstappen zijn om beter te worden.

 

IFO-subsidie met een professionaliseringstraject (3)

IPC is onderdeel van Great Learning en een doorgaande leerlijn tot en met 15 jaar. In samenwerking met diverse onderwijsprofessionals bieden we professionalisering op maat aan. Scholen die het curriculum aangeschaft hebben en de implementatie afgerond, kunnen bijvoorbeeld extra trainingen inkopen waarbij de nadruk ligt op het internationale aspect van IPC. IPC-scholen die hierin interesse hebben, kunnen bij hun trainer of via info@ipc-nederland.nl informeren naar de mogelijkheden.

 

Aanvullende hulp bij de aanvraag van de IFO-subsidie

Eventueel kun je ook terecht bij OOG Onderwijs en Jeugd voor professionele begeleiding bij zaken als subsidie-aanvragen en bestuurlijke vraagstukken.

Aanvragen van de IFO-subsidie

Je vraagt subsidie aan voorafgaand aan het schooljaar. Verstrekking gebeurt op volgorde van aanvraag, tot de pot voor het betreffende schooljaar leeg is. De aanvraag dien je in met het online aanvraagformulier van DUS-i.

Update: het subsidieplafond is bereikt. Nieuwe aanvragen kunnen op 1 november 2024 weer ingediend worden.

'IPC en Great Learning Nederland helpen jou als leraar of schoolleider om het weer over leren te hebben.'